Voor een korte of soms lange tijd heeft het kind geen of een beperkt inzicht in de gevolgen van NAH. Kinderen hebben het gevoel dat ze niet veranderd zijn en ervaren geen problemen. Omdat het kind deze gevolgen niet waarneemt, is het voor het kind moeilijk om om te gaan met de gevolgen van NAH. Door dit beperkt ziekte- inzicht kunnen ze zich moeilijk inleven in de bezorgdheid van andere mensen in hun omgeving. Vooral in het beginstadium van een hersenletsel kan het voorkomen dat een kind niet beseft wat er allemaal gaande is. Er is tijd nodig om tot het besef te komen wat er is gebeurd en wat de gevolgen hierbij zijn. ‘Anosognosie’ of geen ziekte-inzicht is een probleem dat een kind met NAH kan ondervinden.